Volg je hart.
Uhm… Nee…
Ik volg mijn onderbuik.
Het is heel mooi: je hart volgen. En ik snap het. Maar ik heb een open hart. Niet letterlijk natuurlijk. En die volg ik liever niet zo vaak. Want de energie van mijn hart kan enorm beïnvloed worden door de omgeving. Mijn open hart kan enorm geconditioneerd zijn, en dan niet in de positieve zin. Vanuit mijn open hart kunnen stemmetjes komen zoals:
❤ Probeer ik mezelf te bewijzen?
❤ Denk ik dat ik niet goed genoeg ben om te doen wat ik doe?
❤ Baal ik van mezelf dat ik niet eens gewoon doorzet en dingen gewoon ga doen?
Daarom is het voor mij beter om mijn onderbuik te volgen. Ofwel, mijn sacraal. Van hieruit ontvang ik consistent energie. Vanuit mijn onderbuik kan ik heel goed voelen of ik aan iets of iemand mijn energie moet geven. Een soort kompas die mij leidt naar dingen en personen waar ik energie van krijg. Die me voldoening geven. Mijn onderbuik weet wat goed voor me is en wat niet.
Dus mijn hart mag best aangeven wat die ervan denkt. En dat zal ik ook meenemen. Maar ik laat me vooral leiden door mijn sacraal, mijn onderbuikgevoel.